We hebben op onze vakanties doorgaans weinig spijt van dingen, maar dat we niet meer tijd in Malmö hebben, stoort ons na het zien van het prachtige centrum toch wel een beetje! Maar we treuren niet lang, want onze vakantie heeft nog één bestemming te gaan: op vrijdagmiddag keren we terug in Denemarken en bezoeken we Middelfart op het middelste eiland van Denemarken: Fyn. Niet bepaald een naam die het goed zou doen op een missverkiezing van plaatsnamen, maar knus en mooi is Middelfart wel.
Wat we niet hadden verwacht toen we teruggingen naar Nederland 2.0, was dat we getrakteerd zouden worden op één van de machtigste uitzichten die we onze hele reis zouden zien. De Kleine Beltbrug (niet de grote van 18 kilometer lang wat verder naar het oosten, maar de kleine) die het eiland Fyn met Jutland (dat gedeelte van Denemarken dat aan Duitsland vastligt) verbindt, begint namelijk in Middelfart. Wat een imposant bouwwerk en wat wil het toeval nou? Onze AirBnb ligt bijna aan het water en bestaat in de schaduw van de enorme pylonen die de brug ondersteunen. Zeker na zonsondergang een magisch uitzicht.
Het dorpje zelf is ook mooi, maar niet heel levendig. Het is vrijdagavond dus we hadden wel wat meer reuring in Middelfart verwacht, maar het is stil op de straten. Waar het niet stil is, is in de restaurants: die zitten tot aan de nok toe gevuld alsof varkenssateetjes in de uitverkoop gedaan zijn. Gelukkig weten we wel een plekje te bemachtigen in een restaurant waar we uitstekend eten en hebben we het geluk dat de ober van dienst ons een plaatselijke IPA aanbeveelt die ons bijzonder goed bevalt. Het zal je dan ook niet verrassen dat de route naar huis op de laatste avond van onze vakantie slalommend wordt afgelegd. We hebben het bier en de wijn goed weten te vinden de afgelopen week, ondanks de hoge Scandinavische prijzen. Of ja hoog: Denemarken is wel echt duurder dan Nederland, maar in Zweden vallen de prijzen echt enorm mee. Hoe dan ook: van alcohol weten ze wel, daar in Noord-Europa.
Dyrehaven
Onze laatste dag sluiten we af met een wandeling. Geen lange, want de pijn in de voeten begint intussen wel echt z’n tol te eisen, vooral bij Geertje. (Geen zorgen hoor, ik mishandel Geertje niet, want deze wandeling is haar idee.) We lopen een deel van de Hindsgaulkoven in het natuurpark Dyrehaven ten westen van Middelfart. Waarom we onszelf dit aandoen? Nou, heel veel wildlife hebben we nog niet gezien deze vakantie en hier zou een grote populatie dam- en edelherten moeten leven. We vinden dat best wel mooie beestjes en besluiten een spotpoging te wagen.
Lang hebben we niet nodig. We zijn letterlijk de parkeerplaats af en we spotten de eerste twee edelherten (of damherten) in de verte al! Echt prachtige, koninklijke dieren met grote, majestueuze geweien. En ze blijken nog fotogeniek ook, want ze blijven speciaal voor ons even staan zodat we ze tussen de bomen door perfect kunnen bekijken.
Eigenlijk hebben we ons doel al weer behaald, maar die twee hulpjes van de Kerstman (Geertje heeft een theorie bedacht dat de rendieren van de Kerstman hier vakantie vieren buiten het seizoen) bezorgen ons honger naar meer, dus we lopen dieper het bos in. In Dyrehaven hebben we voor het eerst het idee níét in een kopieland van Nederland te zijn. Oké, de bomen en de struiken zijn precies de Gasselse bossen of de Loonse en Drunense Duinen, maar het is hier een stuk heuvelachtiger. Bovendien komen we dichter bij het zeewater van de Kleine Belt en dat levert een paar fenomenale uitzichten op, want het bos ligt zo’n veertig meter boven zeeniveau: aan de kuststrook kijk je dus steil naar beneden. Dat hebben we in Scheveningen niet, hé?
Zien we nog meer herten? Helaas blijft het bij de twee gracieuze herten die we eerder zagen en komen we niet verder dan twee eekhoorns. Ach ja, het blijven wilde dieren en we zijn al blij dat we er überhaupt twee in zoveel rust en stilte hebben kunnen zien.
Om de vakantie af te sluiten stoppen we nog even in Middelfart. We zijn weer helemaal terug in Nederland hoor: bij daglicht vertoont het centrum nog meer kenmerken van een typisch Nederlands dorpscentrum. Echt: het had zomaar pak ‘m beet Cuijk, Boxmeer, Vught of Oisterwijk kunnen zijn waar we in rondlopen. Secuur geplaatste klinkers die de straten vormen, winkels met keurig geordende kleding en stoepen waar geen snoeppapiertje op te vinden is. En het is ook nog eens veel drukker op straat dan dat het gisteravond was. Ja, Middelfart had zomaar een Nederlands dorp kunnen zijn. Is dat erg? Nee, zeker niet. Denemarken mag dan wel Nederland 2.0 zijn (of Nederland Denemarken 2.0), maar Nederland is immers ook een fantastisch landje, toch?
Na nog één laatste korte lunch bij bakkerij Kvickly, stappen we met een traan en een lach de auto in. Een tocht van zevenenhalf uur naar Vianen staat op de planning. Vianen ja, onze volgende en laatste stop, want we gaan op zaterdagmiddag weer naar huis. Onze reis door noord-Europa in sneltreinvaart was een korte, maar wel een heel erg leuke. We zijn het over veel dingen eens en één van die dingen is het volgende: we hebben lang niet alles van Denemarken en Zweden gezien, maar we hebben wel het maximale uit onze tijd weten te halen!
Reactie plaatsen
Reacties