Grootfontein - Van fouten moet je leren!

Gepubliceerd op 28 december 2018 om 08:00

We vervolgden onze route naar het noordoosten langs het kleine stadje Grootfontein naar lodge nummer drie: Roy's Rest Camp, de eerste lodge waar we twee nachten verblijven. En deze lodge overtrof de vorige weer. Huisjes van hout of donkere steen met rieten daken en overal kleine terrasjes en decoratie die bestond uit opgezette dieren, oude gereedschappen en inheemse kunst, gepaard met een klein zwembadje gaven echt het gevoel alsof je een indiaan in het Wilde Westen was: simpelweg geweldig! We kwamen de middag door met relaxen, potjes toepen en veel 'Windhoek draught', een Namibisch biermerk. Wel begon ik een beetje ziek te worden, en begon ik aan een dieet van paracetamols. Vanaf dat moment ging het op en af: het ene moment voelde ik me koortsig en misselijk. Paracetamolletje erin en het ging wel weer, maar een paar uur later begon ik meer slecht te voelen. Die dag, en de dag erna ook, was eigenlijk een eindeloze cirkel van paracetamol slikken. Ook Geertje was aan het kwakkelen: ze voelde zich wel goed maar ze had last van wazige, spontane knallers van bloedneuzen waarbij lange stukken (en echt lang, tien centimeter of zo) bebloed snot uit de neus kwamen. Niet top voor de beelddenkers onder ons, maar we moeten een realistisch beeld schetsen, niet waar? Of ja, beelddenkers, dat roepen we dan wel eens, maar dat is eigenlijk ook maar onzin. Alsof er mensen op de wereld zijn die in woorden denken of iets dergelijks. Dat je zegt dat je ergens een mooie waterval hebt gezien en dat er in het hoofd van zo'n persoon de letters w-a-t-e-r-v-a-l worden gespeld...

Afijn, bij Roy's Rest Camp was ook een waterhole. Waterholes zijn in de droogte van Afrika cruciale plekken voor het wild, want waar water is, daar komen dieren op af. Een kleine vijftig meter bij de rand van de afrastering - alle lodges zijn altijd omheind met hekken zodat er geen verdwaalde olifant het land op komt gewandeld - was een houten hutje gebouwd dat precies leek op zo'n vogelspotterscabine in een willekeurig Nederlands natuurgebied, alleen was dit hutje niet gebouwd om vogels te spotten, maar keek je uit op een kleine vijver waar de meest verschillende dieren bijeenkomen. Het is niet de hele dag spitsuur: overdag was er geen beest te bekennen, maar 's avonds bleek het fileparkeren geblazen. Een hele kudde antilopen (gazelles of springbokken) was op de bron afgekomen. Daarnaast maakten ook een tweetal gemsbokken (de mooiste antilope die er zijn, als je het mij vraagt), een paar knobbelzwijnen en een verdwaalde zebra van de vijver hun drinkbron deze avond. Het was fascinerend: muisstil was het in ons vogelspottershutje terwijl we ademloos zaten te kijken hoe er een tactisch steekspel tussen de dieren gehouden werd, want al die verschillende beesten waren bijzonder voorzichtig en wantrouwig naar elkaar en hielden elkaar constant in de gaten.

De hoba-meteoriet

De eerste dag waarop we niet hoefden te verkassen. Ook wel eens lekker. Wat stond er vandaag op de planning? Eerst ontbijten. Geertje en ik zijn niet zo'n ontbijtliefhebbers. Thuis krijg ik met moeite een boterham door m'n strot, laat staan dat ik de moeite neem om er 's ochtends echt iets van te maken. Op vakanties (of reizen, want dat klinkt toch net wat hipper) is het tegenovergestelde waar. Er is werkelijk niets lekkerder dan zo'n lopend buffetontbijt met allemaal verschillende soorten yoghurt, brood en beleg. We nemen ons dan ook telkens voor om thuis ook wat meer moeite in die maaltijd te steken, maar die beloftes blijven altijd bij beloftes op de een of andere manier.

Na het ontbijt maakten we ons zoetjes aan klaar voor een bezoekje aan de Hoba-meteoriet. Niet iedereen had daar trek in, dus een deel van de groep ging wat anders (geen idee meer wat) doen. Maar mij leek die meteoriet wel interessant.

De Hoba-meteoriet schijnt de grootste meteoriet op aarde te zijn en weegt meer dan 50 ton! Ik was wat aan de zware kant op dat moment, maar het deed me deugd dat ik nog geen één procent van dat gewicht woog. Je moet ergens je vertrouwen uit putten, niet waar? Hoe dan ook, van die meteoriet is een kleine toeristische attractie gemaakt en je betaalt dan ook in een souvenirswinkeltje wat entree om het stuk ijzer te mogen zien. Een klein paadje omlaag brengt je bij de meteoriet. En daar lag die dan, Hoba. En dat was het ook. Een grote klomp ijzer die ooit uit de ruimte is gevallen en niet meer dan dat. Een teleurstelling? Mwa, dat niet zo zeer, het is maar net wat je verwachtingen zijn wanneer je een stuk ijzer uit de ruimte gaat bekijken dat nu al jaren roerloos op de grond ligt. Met de achtergrondinformatie is het op zich wel lachen om dat ding even te zien, maar dat is het ook. Absoluut geen must-see, dit.

De ethisch discutabele cheetah

De groep was wat teleurgesteld. Meteoriet Hoba was niet zo spannend. Of ja, ik was niet zo teleurgesteld, want ik heb in gezelschap gemerkt dat ik behoorlijk makkelijk tevreden te stellen ben. We reden terug voor een stop in Grootfontein en intussen nam ik weer een paracetamol om de weer terugkomende koorts tegen te gaan.

In Grootfontein vulden we de voorraden weer aan en kregen we van de locals te horen dat er een vrouw in de buurt woonde met een cheetah als huisdier. Ja, je hoort het goed. Een cheetah. Als huisdier. HUISDIER. In mijn beleving was een jachtluipaard (zelfde beest, maar woorden afwisselen zorgt voor een fijner leesbaar verhaal, snap je) een levensgevaarlijke wilde kat, maar hier blijkt niets te gek te zijn en kan een cheetah blijkbaar door voor een variant op de huiselijke Felix. Onze interesse was gegrepen en een halfuur later stonden we voor de poorten van een landgoed dat tevens diende als Bed & Breakfast.

De vrouw die de eigenaresse bleek een Zuid-Afrikaanse en ze ontving ons hartelijk. Tegen een kleine vergoeding betraden we een afgesloten stuk van de tuin dat op een groot weiland leek, gewapend met een emmer vol rauw vlees. De landlady begon wat te roepen en tegen het emmertje aan te slaan. In de verte zag ik iets bewegen en de geruchten die we in Grootfontein hoorden bleken waar te zijn: in een drafje kwam er een levensechte Cheetah onze kant op gehuppeld.

En daar sta je dan. Er is niets dat jou van de kaken van dat beest scheidt. Niets. Meermaals schoot door mijn hoofd dat ik oog in oog stond met een wilde kat die in normale omstandigheden levensgevaarlijk zijn. Een jachtluipaard is het snelste landdier ter wereld en toen het beest aan kwam lopen, zag je meteen waarom. Die beesten zijn dun, écht flinterdun en niet breder dan mijn been, waardoor ze enorm gestroomlijnd zijn en in een paar seconden de honderd kilometer per uur kunnen aantikken. Honderd kilometer per uur! Dan rijd je op de snelweg en word je ingehaald door een cheetah. Toen het beest bij ons was, ijsbeerde ze voor onze neus terwijl ze ons van top tot teen observeerde. Haar baasje wierp haar een stuk vlees toe, dat ze binnen no-time gulzig verorberde en toen begon ze de cheetah te aaien. Te aaien! Dat was echt van de zotte. Ze vertelde ons dat jachtluipaarden de enige wilde katachtigen zijn die - met veel moeite - te temmen zijn. Aarzelend volgden we het voorbeeld van de landlady en hoewel ik op mijn hoede bleef, was het fantastisch om het beest te voeren en te aaien. Een zachte vacht als van een kat maar tegelijkertijd voelde je de kracht van het dier in haar knetterharde maar dunne spieren. Dit was de bijzonderste ervaring van de reis.

Op het moment zelf dacht ik er niet over na, maar met terugwerkende kracht denk je wel na over de ethiek van die situatie. In hoeverre is het ethisch verantwoord om een jachtluipaard te houden? Om het te temmen? De eigenaresse had mooie verhalen verteld die het bezit van de cheetah verantwoordden, maar ze gaat natuurlijk niet beamen dat ze een dierenbeul is. Hoe dan ook, het dier leek gezond, gelukkig en kreeg meer dan genoeg te eten, maar het is en blijft natuurlijk een beest dat van nature jaagt en veel ruimte nodig heeft. Bovendien nodigde de talloze waarschuwingsbordjes bij de ingang van het terrein ook niet bepaald uit. Anderzijds zijn dierentuinen nog steeds druk bezocht en zijn daar ook heel veel voor- en tegenargumenten voor te bedenken. Ik blijf het een heel erg lastige kwestie vinden, want je ziet natuurlijk nooit wat er in het hoofd van een dier omgaat, maar als ik eerlijk tegen mezelf ben, was dit niet de meest ethisch verantwoorde keuze. Bij twijfel moet je meestal iets wél doen, maar als het om ethische kwesties draait, gaat de omgekeerde vlieger eigenlijk beter op. De tijd terugdraaien lukt niet meer, dus laten we maar leren van onze keuze.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.