Nog één stop op de planning: de welbekende Blue Lagoon. Morgen zouden we al om 7.35 vliegen en moesten we dus vroeg op, en de Blue Lagoon leek ons de perfecte manier om nog even voor die laatste nacht uit te rusten, te relaxen en alle belevenissen van de afgelopen twee weken in te laten zinken. Want wat waren het twee geweldige weken.
Net als Mývatn, is de Blue Lagoon een heetwaterbron waar een groot buitenzwembad van is gemaakt. De Blue Lagoon ligt om de hoek van het vliegveld en is daarom ook bij uitstek dé toeristische trekpleister van IJsland en als we de locals mogen geloven is er geen enkele IJslander die de Blue Lagoon bezoekt vanwege de drukte door het massatoerisme. Ook bij ons was het druk, maar ook weer niet zó druk dat het ons stoorde. Toegegeven, om de bovengenoemde redenen geniet Mývatn wel onze voorkeur (er was écht geen IJslander in de Blue Lagoon te vinden), maar het water is er daardoor niet minder lekker door. Het gratis gezichtsmaskertje vond Geertje ook wel lekker, maar van mij mochten ze het wel weglaten. Ach, een gegeven paard moeten we ook niet in de bek kijken.
Na twee heerlijk relaxte uurtjes, douchten we en zetten we koers naar Keflavik om nog één keer te gaan uiteten (99,55 euro afgetikt voor twee drankjes, een gedeeld voorgerecht, één hoofdgerecht en een voorgerecht dat Geertje als hoofdgerecht verorberde: Iceland prices baby!) en lieten we nog één keer in dit prachtige land alles de revue passeren.
Reactie plaatsen
Reacties