Met onze dikke voeten springen we de auto in en zetten we koers naar Göteborg, één van de bekendste steden van Zweden aan de westkust, op de route naar Noorwegen. Behoorlijk stadje, dat Göteborg: het is met 600.000 inwoners de tweede stad van Zweden. Die avond zien we niet zo heel veel van Göteborg buiten het interieur van een winkelcentrum en een supermarkt waarin een robotaapje tot in de eeuwigheid hetzelfde kunstje op een rekstok herhaalt (waarom benoemen? Dat ding werkte ietwat hypnotiserend). Nee, het is al donker als we bij ons Bed & Breakfast aankomen en als er iets is wat we nodig hebben vanavond, is het wel rust voor de voeten.
De dag erna kunnen we wel de hele dag in Göteborg spenderen. We laten de auto in de buitenwijk Kålltorp staan, nemen de trein naar het centrum en… we stappen uit? Ja, dat doen we, want eigenlijk hebben we geen flauw benul wat we in Göteborg gaan doen. Kijk, een vakantie niet plannen is enerzijds heel erg leuk want je bent zo flexibel als een elastiek en je kunt gaan en staan waar je wilt. Anderzijds kun je ook wel eens op een plek terechtkomen (voornamelijk grotere steden) en geen idee hebben waar je eigenlijk moet beginnen.
Wybren van...
We hadden wel wat gelezen over de wijk ‘Haga’. Zou een leuk oud wijkje moeten zijn, goede eetgelegenheden en leuke winkeltjes, maar als we aan de waterkant langs de Göta älv (de rivier die dwars door Göteborg loopt) wandelen, merken we dat alles massaal verbouwd wordt. Hmm, een beetje jammer… dus duiken we de straatjes in. De wijk Haga ziet er wel leuk uit. De architectuur is mooi en het aanbod aan winkeltjes is divers en prima. Alleen het is er vrij rustig. Enerzijds lekker, anderzijds moet een stad een beetje bruisen en dat doet Göteborg niet echt. Anderzijds is het ook maar een doodnormale dinsdag en Göteborg is een mooie stad, maar de allure en de toeristische bagage van een Barcelona, Londen of Parijs heeft het natuurlijk ook weer niet. Bovendien hebben wij weliswaar vakantie, maar in Zweden is het (kijkend naar de speelplaatsen van basisscholen die we passeren) een doodnormale werkweek als elke andere.
Valt Göteborg dan tegen? Nee hoor, helemaal niet. We besluiten onze citytrip over een andere boeg te gooien. We stoppen bij een pittoresk stadscafé waar we een fika doen. Als je in Zweden bent, dan hoort het doen van een fika erbij. Een fika is namelijk een brunchpauze rond een uur of elf: zoete broodjes met een bak koffie. Bovendien is Zweden de geboorteplaats van de zogenaamde Cinnamon Bun en dit café claimt zelfs 100 jaar geleden de bedenker te zijn geweest! Een snelle fact-check op Google van zo’n twee minuten en twaalf seconden toont aan dat de titel ‘Bedenker der Cinnamon Buns’ een titel met prestige is en omdat er geen bewijzen voor zijn is dit stadscafé niet het enige dat pretendeert het koffiebroodje uitgevonden te hebben. Maakt ons niet zo veel uit, want het eten is overheerlijk en de sfeer is fantastisch.
Na afloop van de fika wandelen we weer naar buiten door Haga heen en hoewel Göteborg een leuke stad is, mist er iets. Het is ook dan dat we beseffen dat ons gebrek aan planning er eigenlijk voor heeft gezorgd dat we de ene dag die we in Göteborg hebben, eigenlijk totaal geen recht doet aan de stad. We besluiten onze aanpak even volledig om te gooien. We stoppen bij een nieuw cafeetje, ik bestel een cappuccino, Geertje een Desperados en we gaan een plan van aanpak voor de middag te verzinnen. Ik ontferm me over het installeren van de app die ons in staat stelt om die citysteps (ook Zweden heeft van die citysteps te over – Nederland, waar wacht je in godsnaam op?) te gebruiken. Niet alleen leuk, maar ook fijn voor het ontlasten van onze voeten. Geertje stippelt een route uit. Ze wordt vandaag onze reisgids.
Geertjes city tour
De eerste stop tijdens Geertjes debuutronde als tourgids, is de Feskekörka, een gebouw dat toch wel tot één van onze favorieten in Göteborg zou gaan behoren. Een kleine witte kerk waarvan het interieur is omgebouwd tot grote vismarkt. Echt, ga hierheen als je in Göteborg bent: vis nog verser dan kersen, barretjes met lokale bieren en twee verdiepingen aan leuke, romantische zitplaatsjes. Wij besluiten om alvast aan de alcohol te gaan en een kleine oesterproeverij te doen. Tja, we zijn in Zweden, dus die oesters moeten ook de revue passeren, nietwaar? Ik vind ze prima te nassen, maar Geertje… als je op basis van haar gezicht had gezegd dat ze een cocktail van kamelenkots en dolfijnendiarree achterover getikt had, had ik je ook geloofd.
Die middag gaan we nog even naar de Oscar Frederikskerk (architectonisch hoogtepunt van de dag) met mooie groene banken binnen en gaan we (gebukt onder de eerste regenbui van de vakantie) ons semi-bezatten in het winkelgebied van Göteborg. Daar bruist het overigens wel. Als we ’s avonds op bed ploffen, de laptop aanzetten om een serie te kijken en nog even wat Zweedse gehaktballetjes in de pan doen (kan niet ontbreken, hé?), komen we tot één conclusie: eigenlijk was Göteborg wel een heel leuke stad! (En Geertje blijft mogelijk achter in Göteborg om haar nieuwe droom als tourgids na te jagen.)
Reactie plaatsen
Reacties